Een druk baasje, zo kun je de Italiaan Marco de Angelis wel noemen. Als muzikant bespeelt hij instrumenten als toetsen, gitaar en Chapman Stick.
Daarnaast werkt hij als producer, arrangeur en geluidstechnicus. Heeft De Angelis op Next Station dan ook alles helemaal zelf gedaan? Het schrijven van de songs in ieder geval wel, maar hij huurde ook mensen in. Een drummer, bijvoorbeeld. Voor de teksten nodigde hij zelfs enkele gelouterde zangers uit.
De eerste drie tracks mocht Nad Sylvan voor zijn rekening nemen, hetgeen hij uiteraard naar behoren doet; ook niet zo vreemd, want Sylvan hoeft op Next Station zijn comfortzone niet te verlaten. Het levert pakkende songs op, met redelijk goede melodieën en mooie ondersteuning door de instrumenten. Die krijgen wel wat ruimte voor creativiteit maar worden door De Angelis toch constant onder controle gehouden. Mogelijk komt het daardoor dat de muziek wat doet denken aan de soloalbums van Fish, al is die wat bijtender. Tam kun je Next Station ook weer niet noemen, maar soms zou je toch wel wat meer venijn wensen.
Vooral Nad Sylvan staat hier niet in de hoogste versnelling; misschien dat De Angelis daarom ook een beroep deed op Robbie Wyckoff, die eerder zong in Roger Waters’ band, wat te horen is aan het Pink Floyd-zweempje dat af en toe boven de songs hangt.
Maar ook kun je daarin de Duitse formatie RPWL herkennen, de Engelsman Steve Thorne, of ex-Genesis zanger Ray Wilson. Dat je meerdere bands of artiesten in één song terughoort, is niet zo verwonderlijk wanneer de tienminutengrens tweemaal wordt overschreden. Het afsluitende Last Train wordt gezongen door Göran Edman, bekend van Karmakanic.
Al met al is Next Station misschien niet het album waarmee je in hemelse sferen geraakt, maar ervan genieten ga je zeker doen.

Antonie Deelen



iOPages website